Liggend op hun buik,
languit op de vloer gaan ze helemaal op in hun spel. Hun hoofd ligt op de
uitgestrekte arm, met de andere arm manoevreren ze hun autootje alle kanten op,
hun mond maakt de nodige broemmm-geluiden. Zo herkenbaar, zo doen jongetjes.
Ik hoor van mijn moeder
dat een kennis van hen nu wel erg hard achteruit gaat..... kanker. Hij is snel
moe, heeft een opgezwollen buik en een mager gezicht. Het bezoek aan hem is dan
ook kort. Maar ze gaan nog even samen met hem naar z’n treinen kijken, daar is
hij zo trots op. Een grote maquette en veel huisjes, boompjes zijn door hem
zelf gemaakt. Ik weet nog dat ik als kind ook even in ’n heiligdom mocht
kijken, maar het bleef speelgoed van de ‘groten’. Hij is nu midden zestig. Zijn
treinvrienden komen tegenwoordig bij hem thuis om samen met de treinen te
spelen. Ik probeer het me voor te stellen. Een paar grote oude mannen op hun
buik op de vloer met hun hoofd op de uitgestrekte arm en de andere arm zet de
treintjes goed neer, pet op, fluitje in de mond, en helemaal opgegaan in hun
spel. Wat heerlijk dat ze nog zo samen kunnen spelen. Weg van de wereld, weg
van alle zorgen en verantwoordelijkheden. Hier kunnen ze vooral zichzelf wezen,
de grote jongetjes......
Geen opmerkingen:
Een reactie posten