zondag 20 januari 2013

Overlijdensbericht




Ik heb een tic maar sta daarin niet alleen, heb ik begrepen. Bij het lezen van de krant pluis ik altijd de overlijdensadvertenties na. Daar heb ik overigens helemaal geen reden toe gezien m’n “jonge” leeftijd. Hoewel, het zal je nog verbazen hoeveel jonge mensen van rond de veertig overlijden. Eerst kijk ik naar de naam. “Ken ik die?” (dat zou toevallig zijn in zo’n landelijk dagblad, maar je weet maar nooit). “Hoe oud is hij of zij geworden?” (leeftijd van mijn oma,  van mijn vader of moeder, van mij, van mijn kinderen? “Och, wat jong!”)
“Wie blijven er achter?” (Oh, dat is dan waarschijnlijk haar zwager en dat de schoonfamilie, kinderen, aangetrouwden, kleinkinderen, haar hond?). Bij echtscheidingen en samengestelde gezinnen kan het een echte puzzel worden. “Wordt het een begrafenis of crematie? Met afscheidsdienst of avondwake? Koffie met cake-begrafenis of een hippe borrel nadien? Wel of geen bloemen?” Toch een mooi idee om met een bootje over de Amstel naar je laatste rustplaats te worden gevaren. Het houdt me eigenlijk allemaal wel bezig. De ene advertentie, hoewel heel sober, kan heel indrukwekkend zijn. De andere advertentie met lappen tekst, blijkt dan toch heel afstandelijk. Ik probeer me een voorstelling te maken van de persoon in kwestie. Het afdrukken van een foto van de overledene, zoals in zuidelijke landen, doen we hier in Nederland niet zo gauw.
Maar ondanks deze fascinatie hoop ik nog heel lang weblogjes te kunnen maken en “bij leven” soms te horen hoe leuk het is om mij te kennen, in plaats van het later tegen mijn nabestaanden te zeggen. Maar ja, het is wel raar om nu al naar complimentjes te vissen. Trouwens, er kan ook van alles aan schorten wat ik helemaal niet wil weten. Maar dat laten ze ook vaak achterwege bij zo’n begrafenisspeech, of ze zeggen dat de persoon uniek was in z’n soort of eigenzinnig. Eigenlijk zou ik ervoor moeten zorgen dat ik zoveel blogjes heb dat ik deze ook na mijn overlijden kan publiceren. Onder het motto “Ik blog, dus ik besta” (en dan kan ik ook niet vergeten worden).

     

Geen opmerkingen:

Een reactie posten